Statuten

(Uittreksel notarisakte dd. 21 november 2024)

  • De Vereniging van Gepensioneerde medewerkers van de Omroep en andere Media (VGO-Media) werd opgericht op tweeëntwintig november negentienhonderd een en zeventig en kreeg bij akte van oprichting volledige rechtsbevoegdheid.
  • De statuten van de Vereniging zijn na de akte van oprichting laatstelijk gewijzigd bij akte van statutenwijziging op drie november tweeduizend negen.
  • Bij besluit van de algemene ledenvergadering van de Vereniging, daartoe opgeroepen conform de bepalingen als vermeld in de artikelen 13, 17en 18 van de statuten van de Vereniging gehouden op tweeëntwintig mei tweeduizend vierentwintig werd rechtsgeldig besloten om de statuten van de Vereniging integraal te wijzigen zoals in onderhavige akte is opgenomen. Een uittreksel uit de notulen van die vergadering is aan de akte gehecht. Ter uitvoering van voormeld besluit worden de statuten van de Vereniging hierbij gewijzigd en geheel opnieuw vastgesteld, na welke wijziging de statuten luiden als volgt:

NAAM, ZETEL
Artikel 1
1. De vereniging draagt de naam: Vereniging van gepensioneerde medewerkers van media- en aanverwante organisaties (VGOmedia).
2. Zij heeft haar zetel te Hilversum.

DUUR
Artikel 2
De vereniging is opgericht op tweeëntwintig november negentienhonderd een en zeventig, en is aangegaan voor onbepaalde tijd.

DOEL EN MIDDELEN
Artikel 3
1. De vereniging heeft ten doel het behartigen van de sociale en economische belangen alsmede het bevorderen van het welzijn van haar leden in de meest ruime zin.
2. Zij tracht dit doel te bereiken door:
a. het verstrekken van advies en informatie aan de leden van de vereniging.
b. het onderhouden van contacten met daartoe geëigende organisaties, in of buiten de sector media, met een verwante doelstelling, en het zo nodig verkrijgen van het lidmaatschap van deze organisaties.
c. het verrichten van al datgene wat voor het doel bevorderlijk kan zijn.
d. het realiseren van medezeggenschap dan wel anderszins vertegenwoordiging van de vereniging in de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Media PNO of zijn rechtsopvolgers, en het op de geëigende manier hieraan invulling geven.
3. De middelen van de vereniging bestaan uit:
a. geïnde contributies van de leden,
b. subsidies, donaties en andere te verkrijgen baten.
De vereniging wendt de middelen aan ter verwezenlijking van het doel.

LEDEN EN ERELEDEN
Artikel 4
1. Leden van de vereniging kunnen zijn natuurlijke personen:
a. die op grond van de pensioenreglementen van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Media PNO of van werkgevers pensioen ontvangen dan wel op korte termijn kunnen ontvangen;
b. die (nog) geen aanspraak kunnen maken op een pensioen als hiervoor bedoeld, maar een langdurige verbintenis met media- of aanverwante organisaties hebben gehad.
2. Ereleden zijn zij die zich in het belang van de Vereniging uitzonderlijk verdienstelijk hebben gemaakt en door de algemene vergadering op voorstel van het bestuur als erelid zijn benoemd met ten minste twee derde meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen. Ereleden hebben alle rechten welke aan leden toekomen.
3. Het bestuur kan onderscheid aanbrengen in categorieën van lidmaatschap, waarvoor verschillende voorwaarden gelden. Voor dit onderscheid geldt een vereiste van twee derde meerderheid van de algemene vergadering.
4. Het bestuur houdt een register waarin de namen en adressen van alle leden zijn opgenomen. Indien tevens een elektronisch adres bekend wordt gemaakt met als doel opneming in het register, houdt deze bekendmaking tevens de instemming in om alle kennisgevingen en mededelingen alsmede oproepingen voor een vergadering langs elektronische weg te krijgen toegezonden.

TOELATING
Artikel 5
1. Het bestuur beslist omtrent de toelating van leden.
2. Bij niet-toelating tot lid kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.

EINDE VAN HET LIDMAATSCHAP
Artikel 6
1. Het lidmaatschap eindigt door:
a. overlijden;
b. opzegging door het lid;
c. opzegging namens de vereniging. Deze kan geschieden wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld te voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;
d. ontzetting. Deze kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten of besluiten der vereniging handelt of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.
2. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur.
3. Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door het bestuur kan slechts geschieden tegen het einde van een verenigingsjaar met inachtneming van een opzeggingstermijn van vier weken. Echter kan het lidmaatschap onmiddellijk worden beëindigd, indien van de vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
4. Een opzegging in strijd met he bepaalde in het vorige lid doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip, volgende op de datum waartegen was opgezegd.
5. Een lid is niet bevoegd door opzegging van zijn lidmaatschap een besluit, waarbij de verplichtingen van de leden van geldelijke aard zijn verzwaard, te zijnen opzichte uit te sluiten.
6. Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het bestuur.
7. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond, dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit tot ontzetting uit het lidmaatschap staat de betrokkene binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open op de algemene vergadering. Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit, met opgave van redenen, in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.
8. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, blijft desniettemin de jaarlijkse bijdrage voor het gehele jaar verschuldigd.

JAARLIJKSE BIJDRAGEN
Artikel 7
De leden zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse bijdrage, die door de algemene vergadering wordt vastgesteld. Ereleden zijn hiervan vrijgesteld.

BESTUUR
Artikel 8
1. Het bestuur bestaat uit tenminste vijf en ten hoogste negen leden, die door de algemene vergadering uit de leden worden benoemd.
2. Het bestuur stelt functionele profielen op, waarbinnen ieder bestuurslid zijn taak uitoefent.
3. Kandidaten voor het bestuur kunnen tot de aanvang van de betreffende stemming zowel mondeling als schriftelijk door het bestuur, dan wel door ten minste vijf leden bij de voorzitter van de algemene vergadering worden aangemeld.
4. De voorzitter wordt door de algemene vergadering in functie gekozen.
5. Het bestuur beschikt over een eigenstandige bevoegdheid tot het besturen van de Vereniging. Daartoe voert het bestuur de statuten uit met inachtneming van de wet, de voor verenigingen toepasselijke beginselen van goed bestuur, en op grond van het door de algemene vergadering verstrekte mandaat.
6. Ter uitvoering van het bestuur kan het bestuur reglementen vaststellen, die ter kennis van de algemene vergadering worden gebracht. Waar onderdelen van een reglement bevoegdheden van de algemene vergadering raken, behoeft deze vaststelling de instemming van de algemene vergadering.
7. Het bestuur kan commissies instellen ter uitvoering van een door het bestuur vast te stellen taak. Aan een commissie kunnen ook andere personen dan bestuursleden deelnemen.
8. De vereniging wordt in en buitenrechte vertegenwoordigd door twee bestuursleden, onder wie of voorzitter of vicevoorzitter, of secretaris of penningmeester.
9. Bestuursleden genieten geen salaris, behoudens vergoeding van noodzakelijk voor het bestuur gemaakte onkosten. De omvang van deze vergoeding wordt bij reglement vastgesteld en in het in artikel 12 bedoelde jaarverslag verantwoord.
10. Bestuursleden dienen zich bij het vervullen van hun taak te richten naar het belang van de vereniging. Ieder bestuurslid is tegenover de vereniging gehouden tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. Indien het een aangelegenheid betreft die tot de werkkring van twee of meer bestuursleden behoort, is ieder van hen geheel aansprakelijk ter zake van een tekortkoming, tenzij deze niet aan hem is te wijten en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden.
11. Een bestuurslid neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming indien hij daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang van de vereniging. Wanneer hierover geen bestuursbesluit kan worden genomen, wordt het besluit genomen door de in artikel 11 lid 5 bedoelde continuïteitscommissie.

BESTUURSFUNCTIES EN BESLUITVORMING
Artikel 9
1. Het bestuur wijst uit zijn midden een vicevoorzitter, een secretaris en een penningmeester aan.
2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris notulen opgemaakt, die – na te zijn goedgekeurd in de eerstvolgende vergadering (dit naar analogie van artikel 14 lid 2) – door de voorzitter en de secretaris worden vastgesteld en ondertekend.
3. Geen besluiten kunnen worden genomen indien niet tenminste de helft van het aantal zittende bestuursleden aanwezig is.
4. Alle bestuursbesluiten worden genomen met gewone meerderheid van stemmen. Staken de stemmen, dan beslist de voorzitter.
5. Het bestuur kan buiten de vergadering met algemene stemmen besluiten nemen, mits alle bestuursleden instemmen met deze wijze van besluitvorming en zij hun stem schriftelijk of elektronisch uitbrengen. In de notulen van de eerstvolgende vergadering wordt aantekening gemaakt van deze buiten vergadering genomen besluiten.

DAGELIJKS BESTUUR
Artikel 10
1. De voorzitter, de secretaris en de penningmeester vormen het dagelijks bestuur.
2. Het dagelijks bestuur kan door het bestuur worden belast met de uitvoering van besluiten van de algemene vergadering en met de uitvoering van besluiten door het bestuur.
3. In gevallen van een zodanig spoedeisend karakter dat tijdige besluitvorming door het bestuur onmogelijk is, is het dagelijks bestuur bevoegd besluiten te nemen, behorend tot de competentie van het bestuur. Het dagelijks bestuur oordeelt of dit geval zich voordoet; het daartoe te nemen besluit dient te worden genomen met de instemming van alle leden van het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur doet van besluiten als vorenbedoeld zo spoedig mogelijk mededeling aan het bestuur.

EINDE BESTUURSLIDMAATSCHAP EN PERIODIEK AFTREDEN
Artikel 11
1. Elk bestuurslid kan te allen tijde door de algemene vergadering worden ontslagen of geschorst. Een schorsing die niet binnen drie maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.
2. Elk bestuurslid treedt uiterlijk drie jaar na zijn benoeming af volgens een door het bestuur op te maken rooster van aftreding en kan driemaal worden herbenoemd. Wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in.
3. Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts:
a. door het eindigen van het lidmaatschap van de vereniging;
b. door bedanken.
4. In geval van ontstentenis of belet van een of meer bestuurders worden de taken door een of meer van de overblijvende bestuurders overgenomen. Indien er sprake is van slechts één overblijvende bestuurder, is deze met het bestuur belast.
5. Bij ontstentenis of belet van alle bestuursleden berust het bestuur tijdelijk bij de continuïteitscommissie, die zo spoedig mogelijk, uiterlijk binnen drie maanden een algemene ledenvergadering moet organiseren, waarin een nieuw bestuur wordt benoemd, overeenkomstig deze statuten.
Onder belet wordt verstaan: (a) schorsing; (b) ziekte ; (c) onbereikbaarheid, waarbij voor de gevallen onder (b) en (c) geldt dat van belet sprake is in geval er gedurende een periode van dertig (30) dagen geen communicatie heeft kunnen plaatsvinden tussen de vereniging en de betreffende bestuurder, tenzij het bestuur in een voorkomend geval een andere termijn vaststelt.

JAARVERSLAG – REKENING EN VERANTWOORDING
Artikel 12
1. Het verenigingsjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanig aantekening te houden, dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
3. Het bestuur brengt op een algemene vergadering, jaarlijks te houden vóór één juli, zijn jaarverslag uit en doet onder overlegging van een balans en een staat van baten en lasten rekening en verantwoording over zijn in het afgelopen boekjaar gevoerd bestuur.
4. De algemene vergadering benoemt jaarlijks uit de leden een kascommissie, die de rekening en verantwoording van het bestuur onderzoekt en verslag over haar bevindingen uitbrengt aan de algemene vergadering. Goedkeuring van de rekening en verantwoording dechargeert het bestuur van zijn beheer over het afgelopen verenigingsjaar.

ALGEMENE VERGADERINGEN
Artikel 13
1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.
2. Jaarlijks, uiterlijk zes maanden na afloop van het verenigingsjaar, wordt een algemene vergadering – de jaarvergadering – gehouden. In de jaarvergadering komen onder meer aan de orde:
a. het jaarverslag en de rekening en verantwoording, als bedoeld in artikel 12 lid 3, met het verslag van de in artikel 12 lid 4 bedoelde commissie;
b. de benoeming van de in artikel 12 lid 4 genoemde commissie voor het volgende verenigingsjaar;
c. voorziening in eventuele vacatures in bestuur of continuïteitscommissie;
d. voorstellen van het bestuur of de leden, aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering.
3. Andere algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit wenselijk oordeelt. In ten minste één van te houden algemene vergaderingen wordt tevens de voor de vereniging opgemaakte jaarbegroting ter beoordeling aan de algemene vergadering voorgelegd.
4. Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van vijfentwintig leden of, als die meer dan een tiende der stemgerechtigde leden uitmaken, op verzoek van ten minste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van een tiende gedeelte der stemmen, verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken. Aan de eis van schriftelijkheid van het verzoek wordt voldaan indien het verzoek elektronisch is vastgelegd. Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping overeenkomstig artikel 17. of bij advertentie in tenminste één ter plaatse, waar de vereniging gevestigd is, veelgelezen dagblad.

VOORZITTERSCHAP VAN DE ALGEMENE VERGADERING
Artikel 14
1. De algemene vergaderingen worden geleid door de voorzitter van de vereniging of een plaatsvervanger. Ontbreken de voorzitter en plaatsvervanger, dan treedt een der andere bestuursleden, door het bestuur aan te wijzen, als voorzitter op. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering daarin zelve.
2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander door de voorzitter daartoe aangewezen bestuurslid een verslag opgemaakt dat na goedkeuring door de eerstvolgende algemene vergadering door de voorzitter en de secretaris worden ondertekend.

BESLUITVORMING VAN DE ALGEMENE VERGADERING
Artikel 15
1. Het ter algemene vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter, dat door de vergadering een besluit is genomen, is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel
2. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in het eerste lid bedoeld oordeel de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid van de vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
3. Voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
4. Blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht.
5. Indien bij stemming over personen bij de eerste stemming niet de volstrekte meerderheid is verkregen, wordt een eerste herstemming gehouden tussen de drie personen die de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Indien bij de eerste herstemming niet de volstrekte meerderheid is verkregen, wordt een tweede herstemming gehouden tussen de twee personen die de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Indien bij de tweede herstemming de stemmen staken, beslist het lot.
6. Indien de stemmen staken over een voorstel niet rakende verkiezing van personen, dan is het verworpen.
7. Over personen wordt schriftelijk gestemd. Alle overige stemmingen geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming gewenst acht of één der stemgerechtigde leden zulks vóór de stemming verlangt. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten, briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijke stemming verlangt.

TOEGANG EN STEMRECHT
Artikel 16
1. Toegang tot de algemene vergadering hebben alle leden van de vereniging. Geen toegang hebben geschorste leden en geschorste bestuursleden.
2. Over toelating van andere dan de in lid 1 bedoelde personen beslist de algemene vergadering.
3. Ieder lid van de vereniging, dat niet geschorst is, heeft één stem.
4. Een lid kan zijn stem door een schriftelijk daartoe gemachtigd ander lid uitbrengen, met dien verstande dat een lid slechts voor één ander lid stem kan uitbrengen.

BIJEENROEPING ALGEMENE VERGADERING
Artikel 17
1. De algemene vergadering wordt bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping geschiedt schriftelijk aan de adressen van de leden die hierom verzoeken, volgens het ledenregister, bedoeld in artikel 4. De oproeping van leden geschiedt voorts via beschikbare digitale communicatiemiddelen en, indien aanwezig, het verenigingsblad. De termijn voor de oproeping bedraagt minstens zeven dagen.
2. Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld, onverminderd het bepaalde in artikel 18.

STATUTENWIJZIGING
Artikel 18
1. In de statuten van de vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door een besluit van de algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling, dat aldaar wijzigingen van de statuten zullen worden voorgesteld.
2. Zij, die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten tenminste vijf dagen vóór de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, bekend maken door toezending aan de leden die hierom verzoeken, publicatie via beschikbare digitale middelen en, indien aanwezig, het verenigingsblad.
3. Een besluit tot statutenwijziging dient te worden genomen met ten minste twee derde meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
4. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte is ieder bestuurslid bevoegd.

ONTBINDING
Artikel 19
1. De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering. Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van het voorgaande artikel is van overeenkomstige toepassing.
2. Het batig saldo na vereffening zal worden aangewend ten bate van een of meer door de algemene vergadering te bepalen belangen, die zoveel mogelijk in overeenstemming met het doel van de vereniging zullen zijn.

WIJZE VAN SCHRIFTELIJK COMMUNICEREN
Artikel 20
Waar in de statuten sprake is van “schriftelijk” wordt daaronder tevens verstaan een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht gericht aan het adres van het lid respectievelijk van de vereniging zoals dat door de geadresseerde aan de verzender voor communicatie kenbaar is gemaakt.

Download PDF: Statuten 21 november 2024