Gepensioneerden die milieu en klimaat niet belangrijk vinden, kom ik in mijn omgeving nauwelijks tegen. Ouderen willen onze planeet zo goed en schoon mogelijk aan toekomstige generaties nalaten – en in het bijzonder aan hun kinderen en kleinkinderen. We hebben alle reden om bezorgd te zijn over de opwarming van de aarde. Het effect van de hete en droge zomers voelen wij allen aan den lijve. Om ook maar een beetje in de buurt van de doelen van het Parijse klimaatakkoord te komen en de opwarming van de aarde te beperken, moet de te hoge CO2-uitstoot sterk verminderen. Uiteindelijk moet er toegewerkt worden naar een CO2-neutrale en circulaire economie. Dat is echter gemakkelijker gezegd dan gedaan.

De druk op energieaanbieders (met name op de Shells van deze wereld) om minder fossiele energie op te pompen en hoeveelheden olie en gas dus maar in de grond te laten zitten, neemt sterk toe. Ook pensioenfondsen voelen de druk om hun belangen in fossiele energie te verkopen, en zoals dat heet de carbon footprint in hun beleggingsportefeuille terug te brengen. Er zijn pensioenfondsen die kiezen voor uitsluiting van oliemaatschappijen, zoals het ABP en pensioenfonds PME. Andere fondsen vinden dat een energietransitie zonder oliemaatschappijen bijna niet mogelijk is. Zij kiezen ervoor om aandeelhouder te blijven en de dialoog aan te gaan.

Of uitsluiting in de praktijk helpt is nog maar de vraag. Behalve publiciteit op het moment van verkoop zie je maar weinig effect. Oliemaatschappijen krijgen andere aandeelhouders, maar de CO2-uitstoot gaat daardoor niet omlaag. En de stem van kritische aandeelhouders wordt minder gehoord.

De vraag naar energie stijgt wereldwijd nog steeds, terwijl investeringen in de opsporing en winning van energie afnemen. Volgens een economische wetmatigheid leidt dat tot hogere prijzen. Het sinds de oorlog tussen Rusland en Oekraïne grotendeels wegvallen van het olie- en gasaanbod uit Rusland, versterkt dat effect.

Keuzes bij de transitie gaan onvermijdelijk pijn doen. Er zal niemand zijn die geen schonere wereld wil met het liefst geen CO2-uitstoot. Maar als wij in Nederland allemaal in de kou zitten omdat er geen gas meer is, ontstaat er paniek en verdwijnt het draagvlak voor klimaatmaatregelen. En maar weinig mensen lijken te beseffen dat elektrische auto’s op dit moment vooral op kolenstroom rijden.

Energieleveranciers zullen proberen elektriciteit zo goedkoop mogelijk te produceren en dat betekent op dit moment vooral via kolen. Dat veranderen we als klein landje niet.

Wat echt zou helpen is een stip op de horizon waar we naartoe kunnen werken.

Vragen die zich daarbij opdringen en om een antwoord vragen, zijn:

  1. Hoeveel energie hebben wij in het jaar 2050 nodig?
  2. Hoe gaan we in die behoefte voorzien? Liefst met zoveel mogelijk zon- en windenergie, soms kernenergie, olie en gas, en graag zo min mogelijk sterk vervuilende kolen.
  3. Welke infrastructuur is daarvoor nodig? In een wereld waarin vooral met elektriciteit in de energiebehoefte wordt voorzien (denk daarbij ook aan het produceren van waterstofgas voor de verwarming van woningen, voor mobiliteit en voor de industrie), is er behoefte aan een zeer zwaar kabelnetwerk en aan een voldoende en zeker aanbod van elektriciteit. De (geo)politiek moet daarbij leidend zijn.
  4. Hoe kan leveringszekerheid worden bereikt?
  5. Hoe kan een en ander worden gefinancierd?

In de overgang tot het jaar 2050 kan het veel duurder maken van CO2-uitstoot effectief zijn. Denk ook aan andere vormen van interventie in de markt, zoals het mogelijk verplicht uitfaseren van vervuilende technologieën zoals kolen.

Dat is toch wat anders dan simpel te zeggen: “van het gas af” en “geen fossiel”. Er moet in zo’n transitieplan meer aandacht zijn voor het grote plaatje. Het moet veel zichtbaarder zijn waarop gestuurd moet worden en welke investeringen nodig zijn. Pensioenfondsen zouden daarbij via impactbeleggen als kapitaalverschaffer een duidelijke rol kunnen spelen.

Hopelijk kan ons pensioenfonds PNO Media een kleine bijdrage leveren. Als gepensioneerden zouden wij dat toejuichen.


bestuurslid VGO Media